Archieven

 

Uw zoekacties: Bevolkingsregistratie van Bommelerwaardse gemeenten, 1810 - 1994

3150 Bevolkingsregistratie van Bommelerwaardse gemeenten, 1810 - 1994

Uitleg bij archieftoegang

Een archieftoegang geeft uitgebreide informatie over een bepaald archief.

Een archieftoegang bestaat over het algemeen uit de navolgende onderdelen:

• Kenmerken van het archief
• Inleiding op het archief
• Inventaris of plaatsingslijst
• Eventueel bijlagen

De kenmerken van het archief zijn o.m. de omvang, vindplaats, beschikbaarheid, openbaarheid en andere.

De inleiding op het archief bevat interessante informatie over de geschiedenis van het archief, achtergronden van de archiefvormer en kan ook aanwijzingen voor het gebruik bevatten.

De inventaris of plaatsingslijst is een hiërarchisch opgebouwd overzicht van beschreven archiefstukken. De beschrijvingen zijn formeel en globaal. Het lezen en begrijpen van een inventaris behoeft enige oefening en ervaring.

Bij het zoeken in de inventaris wordt de hiërarchie gevolgd. De rubrieken in de inventaris maken deel uit van de beschrijving op een lager niveau. Komt de zoekterm in een hoger niveau voor, dan voldoen onderliggende niveaus ook aan de zoekvraag.

beacon
 
 
Inleiding
1. Afzonderlijk geborgen
2. Volkstellings- en bevolkingsregisters (1810-1940)
3. Van wijknummers naar straatsgewijze huisnummers (1933-1969)
4. Persoonskaarten (1939-1994)
3150 Bevolkingsregistratie van Bommelerwaardse gemeenten, 1810 - 1994
Inleiding
4.
Persoonskaarten (1939-1994)
Het persoonskaartensysteem is landelijk verplicht ingevoerd per 1 januari 1939. Een aantal gemeenten, ook in de Bommelerwaard, begon echter al eerder in de jaren dertig van de twintigste eeuw met het systeem. In deze inventaris is bij elke gemeente zoveel mogelijk het juiste beginjaar aangegeven. De persoonskaarten zijn bijgehouden tot 1 oktober 1994 toen landelijk de Gemeentelijke Basisadministratie van persoonsgegevens (GBA) van start ging. De persoonskaarten bestaan in feite uit twee series. Een serie van persoonskaarten van mensen die op het moment van invoering van het GBA (1 oktober 1994) in de gemeente woonachtig waren en een serie afschriften of kopieën van persoonskaarten van mensen die in de periode vanaf de invoering van het systeem tot 1 oktober 1994 de gemeente hebben verlaten of er overleden zijn. Die laatste kaarten worden meestal Archiefkaarten genoemd. De originele kaarten van de vertrokken mensen werden gezonden aan de nieuwe gemeente van vestiging en daar werd de kaart vervolgens verder bijgehouden / aangevuld. Dat betekent dat de archiefkaarten van de vertrokken personen uiteraard slechts informatie bevatten tot aan het moment van vertrek. De archiefkaarten van de overleden personen bevatten wel alle gegevens. De originele kaarten van de overleden personen moesten door de gemeente naar het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) worden gezonden en van daaruit werden ze na een jaar overgedragen aan het Centraal Bureau voor Genealogie in Den Haag. Dat bureau verstrekt onder bepaalde voorwaarden en tegen betaling kopieën van (delen van) die kaarten.
Er is dus altijd maar één originele persoonskaart van iemand, maar er kunnen wel veel meer kopieën of afschriften van de persoonskaart zijn. Daarbij moet dus worden bedacht dat die kopieën of afschriften, met uitzondering van het afschrift of de kopie in de gemeente van overlijden, niet alle informatie bevatten.

Kinderen kregen niet alleen een eigen persoonskaart, maar werden ook genoteerd op de persoonksaart van het gezinshoofd, in de regel de vader. Bij overlijden van het gezinshoofd werden de dan nog thuiswonende kinderen overgeschreven op de kaart van de andere ouder. Bij echtscheidingen werden de kinderen bijgeschreven op de kaart van de ouder waar de kinderen verbleven.

Er moet ook rekening mee worden gehouden dat bij de invoering van het systeem in de jaren dertig van de twintigste eeuw niet alle informatie van op dat moment niet meer inwonenende kinderen werd overgenomen op de persoonskaart.

Gegevens van doodgeboren kinderen werden niet genoteerd op de kaart van het gezinshoofd en ook komt het relatief vaak voor dat gegevens van jonggestorven kinderen niet voorkomen op de kaart van het gezinshoofd. Het komt zelfs wel eens voor dat van dergelijke kinderen geen eigen persoonskaart werd gemaakt. Bij gebruik van de kaarten moeten onderzoekers dus voorzichtig zijn. Ze gegevens lijken volledig, maar zijn dat lang niet altijd.
De persoonskaarten van alle Bommelerwaardse gemeenten zijn begin jaren negentig gedigitaliseerd en geïndexeerd. De scanning in zwart-wit van de kaarten liet veel te wensen over. Vooral de handgeschreven aantekeningen op de kaarten en de teksten op felgekleurde kaarten waren vaak slecht leesbaar op de scans. Het Streekarchief Bommelerwaard (per 1 januari 2014 opgegaan in het Regionaal in Archief Rivierenland) heeft daarom de persoonskaarten in 2012 in eigen beheer opnieuw in een betere resolutie en in kleur gescand. De kaarten die openbaar mogen zijn zijn sindsdien in te zien op de website van de archiefdienst. Bij de scanning zijn ook de indexen geoptimaliseerd. De persoons- en archiefkaarten van mensen die langer dan 20 jaar geleden zijn overleden of die meer dan 130 jaar geleden zijn geboren, zijn openbaar geworden en in te zien op de website van de archiefdienst. De overige kaarten zijn om privacyredenen niet openbaar. Een dynamisch filter zorgt er voor dat elke week weer nieuwe kaarten die zijn gaan voldoen aan de genoemde termijnen, automatisch worden gepubliceerd op de site. Inmiddels (november 2014) zijn er ongeveer 23.500 kaarten van de ruim 133.000 kaarten voor onderzoekers beschikbaar.
De persoonskaarten zijn slechts bijgewerkt tot 1 oktober 1994. Overlijdens van na die tijd staan dus niet op de persoonskaart en ook niet de overlijdens van mensen die voor hun overlijden zijn vertrokken uit de gemeenten. Toch kunnen de bovengenoemde openbaarheidstermijn inmiddels zijn bereikt. Als het overlijden niet op de persoonskaart staat vermeld, ligt de bewijslast voor het overlijden bij de aanvrager. Als bewijs kan dienen een uittreksel of afschrift van de overlijdensakte, een uittreksel uit de persoonslijst van de GBA, een bidprentje, een rouwbrief, een rouwadvertentie, e.d. Na goedkeuring wordt de overlijdensdatum dan aan de database toegevoegd en komt de kaart beschikbaar op de website.

Er moet rekening mee worden gehouden dat er slechts van acht gemeenten persoonskaarten en archiefkaarten aanwezig zijn, terwijl de Bommelerwaard ten tijde van het begin van het systeem nog dertien gemeenten telde. Dat komt omdat bij de gemeentelijke herindeling van 1 juli 1955 de kaarten van de opgeheven gemeenten zijn samengevoegd. De kaarten van de gemeenten Poederoijen (dorpen Poederoijen en Aalst) en Zuilichem moeten dus gezocht worden bij de gemeente Brakel. De kaarten van de gemeente Hurwenen bij de gemeente Rossum. De kaarten van de gemeenten Gameren en Nederhemert bij de gemeente Kerkwijk.
5. Woningkaarten (1939-1994)
6. Digitalisering, indexering en openbaarheid

Kenmerken

Verversingsgraad:
onregelmatig
Taal:
Nederlands
Openbaarheid:
Geheel openbaar met uitzondering van persoonskaarten en archiefkaarten (zie toegang 3150pk)
Omvang in meters:
128,62