Wij Cornelis van Dalen en Floris van Bijsterveld Schepenen
in den Edelen Hogen Gerigte van Zuijlichem tuijgen dat voor ons ge=
compareert en erschenen is Cornelis Klop den Ouden als Grootvader en
voogd van de Onmondige kinderen van wijlen Adriana Klop en Jurje
Becker gewesene Egtelieden, Cornelis Becker meerderjarige Zoon van
wijlen denzelven, en hebbe na voorgaande Consent van den WelEdele en
Hogen Gerigte van Zuijlichem gesedeert en getransporteert voor een Somma
van twee honderd en vijfftig gulden waar van Comparante bekenne vol=
daan en betaald te zijn, een Huijs en Dijkkaveling Staande en gelegen aan
den boven dijk te Aalst waar naast gelegen zijn ten Oosten Arie Mol
Zuijden den Hogen Dijk, West en Noorden Jan Spitsenberg ofte wie en sulx
met lasten van Seven Roeden tien Voeten dijk waar boven gedijkslaagt
is Arie Mol beneden de weduwe Aalbartus van Hedikhuijsen gelovende
Comparanten het zelve Huijs en Dijkkaveling te waren ten Landreg=
ten, en is aan ons ondergeschreven Schepenen mede vertoont de memorie
van aanbreng en betaling der 40.e penning en door ons ingetrokken om ter
Secretarie geliasseert te worden. In Oirconde onser letteren gegeven
inden Jaare Onses Heeren Een duijsend Seven honderd Ses en Seven=
tig den vijff en twintigste September
Gemunieert met een Zegel van 16 stuijvers
In kennisse van mij
C.v.Dalen F:v:Bijsterveldt C:Verzijl Secretaris