Wij Joost Cornelisen van Diemen / ende Gijsbert Jansen / Scepenen tot Culenborch /
Doen Condt / eenen ijder dat ophuijden dato deses voor ons In Eijgener persoonen Erscheenen
Is / Rutger Sijmonsen Backer / als sackholt ende borge gelooffden / Cornelis Cornelis
Melisen / getrout hebbende / de wedue van zaliger Cornelis Jacobsen /. Ende dat ten behoeve
vanden selve wedue onmundich dochterken / genaemt Heijltgen Cornelis / geprocreert
bijden selven Cornelis Jacobsen / ses gulden vijff stuijver Jaerlicx / uuijt sijn huijs ende erve
staende ende gelegen / alhier op het Merckt velt / daer boven Huijbert Roeloffsen
Ende beneden Dirck Adriaensen Schipper / naest gehuijst ende geerft sijn / Ende
voorts uuijt alles goets / Erfflicker losrente vrijs gelts / te betaelen Jaerlicx ende alle Jaer

opten xxiij.^en december / daer den xxiij.^en december deses Jaers xvj^c. acht ende twijntich
d' eerste Jaer renten van omcomen/ Ende verschijnen sal / Ende soo voorts van Jaer tot
Jaer /. Geschieden dese betaelinge Jaerlicx ende alle Jaer ten dage voorseijt niet / soo
mach men dat selve uuijt panden / aenden erve voorseijt / ende voorts aen alles goets / alsmen
pacht ende vrij renten gewoonlick is te panden / Inden Scependomb van Culenborch /. Te
Lossen mit hondert gulden hooftsoms / ende mitte verscheenen ende onbetaelde renten /. sonder arch /
Des T oirconde / soo hebben wij Scepenen voornoemt elcx onsen zegel / hier onder aen doen hangen
Inden Jaere ons Heeren / xvj^c. acht ende twijntich / den tweeden Julij ./.
                                                         H.C. van Diemen
                                                               secretaris

Regest
1628 juli 2

Joost Cornelisen van Diemen en Gijsbert Jansen, schepenen te Culemborg, oorkonden          
dat Rutger Sijmonsen Bakker, toegezegd heeft aan Cornelis Cornelis Melisen, gehuwd          
met de weduwe van zaliger Cornelis Jacobsen, ten behoeve van Heijltgen Cornelisdr,           
de onmondige dochter van deze weduwe, een jaarlijkse rente van zes gulden en vijf             
stuiver afkomstig uit een huis op het Merckt velt naast het huis van Huijbert Roeloffsen en              
het huis van Dirck Adriaensen Schipper.

De zegels van de oorkonders zijn verloren gegaan.

Ondertekend door de secretaris  h.c. van Diemen. Scheurtje.
afmetingen in mm: 205 x 123

[^Hokke nr. 483.]