Johannes Elias (Jan) Stuvers, Hedel 5 juli 1913 - Hedel 16 december 1980, was een Hedels boerenzoon, die in 1937 een aanstelling kreeg als rayonassistent bij de Rijkslandbouwvoorlichtingsdienst. Hij werd belast met de steunmaatregelen voor kleine boeren in de Bommelerwaard. Hij maakte snel carrière en vervulde tal van (bestuurlijke) functies in het Gelderse Rivierengebied, de meeste op het gebied van landbouwvoorlichting, streekverbetering, komgrondenwerk, waterschappen, etc. In 1945 werd hij hoofdassistent bij de Rijkslandbouwvoorlichtingsdienst. In 1954 werd hij opzichter en vanaf 1957 technisch hoofdambtenaar van de Cultuurtechnische Dienst. Vanaf 1964 was hij technisch hoofdambtenaar voor bijzondere diensten. Stuvers was van onschatbare waarde voor de naoorlogse ontwikkeling van de Bommelerwaard en genoot veel vertrouwen van een groot deel van de (agrarische) bevolking, maar stond ook bekend als eigenzinnig. Zijn doortastendheid maakte hem niet bij iedereen geliefd. Hij was zeer actief betrokken bij de Stichting tot Bevordering van de Welvaart in de Bommelerwaard, een tijdlang ook als voorzitter. Hij was heemraad, later dijkgraaf van het Polderdistrict Bommelerwaard en was een groot voorvechter voor de totstandkoming van dijkverzwaringen in de streek. De wijze waarop hij die wilde doorvoeren, bracht hem in aanvaring met de opkomende milieubeweging. Zijn naam wordt vaak in een adem genoemd met die van J. Roseboom, de twee grote drijvende krachten achter de ontwikkeling van de Bommelerwaard na de tweede wereldoorlog.
Hij was een man van de praktijk, die de streek op zijn duimpje kende en een enorm netwerk onderhield. Ook provinciaal en landelijk slaagde hij er in om aandacht te krijgen voor de noden in het Gelderse rivierengebied.

Hij was een van de eersten in de Bommelerwaard die zich het enorme belang van voorlichting, public relations en communicatie realiseerden. Daarmee bereikte hij veel resultaten. Landelijke politici en leden van het koninklijk huis bezochten vele malen de talloze projecten in de streek. Hij organiseerde tientallen, professioneel voorbereide en uitgevoerde, excursies in het rivierengebied voor journalisten, politici, vakgenoten en studenten uit binnen en buitenland.

Stuvers was ook in allerlei andere organisaties maatschappelijk zeer actief. Zo was hij veertig jaar bestuurslid van de afdeling Bommelerwaard van het Rode Kruis, was hij medeoprichter van een afdeling van het Groene Kruis en was hij lid van de Hedelse afdeling van de KVP, later CDA, een tijd lang ook als voorzitter. Zijn grote belangstelling voor de paardensport blijkt onder meer uit zijn voorzitterschap van het Hippisch Centrum Bommelerwaard en van de Stichting Concours Hippique Bommelerwaard. Hij was actief lid van de Bond van Oudleerlingen van het landbouwonderwijs in Gelderland (BOG).

Stuvers werd meerdere malen onderscheiden voor zijn verdiensten. In 1957 werd hij Ridder in de Orde van Oranje Nassau. In 1978 volgde zijn bevordering tot Officier in die orde. Van zijn welverdiende pensioen in 1978 heeft hij slechts kort kunnen genieten.