
Een archieftoegang geeft uitgebreide informatie over een bepaald archief.
Een archieftoegang bestaat over het algemeen uit de navolgende onderdelen:
• Kenmerken van het archief
• Inleiding op het archief
• Inventaris of plaatsingslijst
• Eventueel bijlagen
De kenmerken van het archief zijn o.m. de omvang, vindplaats, beschikbaarheid, openbaarheid en andere.
De inleiding op het archief bevat interessante informatie over de geschiedenis van het archief, achtergronden van de archiefvormer en kan ook aanwijzingen voor het gebruik bevatten.
De inventaris of plaatsingslijst is een hiërarchisch opgebouwd overzicht van beschreven archiefstukken. De beschrijvingen zijn formeel en globaal. Het lezen en begrijpen van een inventaris behoeft enige oefening en ervaring.
Bij het zoeken in de inventaris wordt de hiërarchie gevolgd. De rubrieken in de inventaris maken deel uit van de beschrijving op een lager niveau. Komt de zoekterm in een hoger niveau voor, dan voldoen onderliggende niveaus ook aan de zoekvraag.

- Kenmerken
- Inventaris

De correspondentie is per periode ingedeeld, afhankelijk van de indeling van de correspondentie en/of de indicateurs. Zo werd van 1883-1896 een rubriekenstelsel toegepast, waarbij de stukken onder een rubriek werden geborgen.
De indicateurs vormen een eerste toegang op de stukken. Deze zijn gedigitaliseerd, zodat thuis al vooronderzoek gedaan kan worden.

Tekeningen uit de periode 1856-1892 zijn uit de ingekomen stukken gelicht om deze fysiek beter te kunnen bergen. Hierbij zijn de tekeningen ook afzonderlijk toegankelijk gemaakt. Voor de tekeningen van na deze periode: zie de ingekomen stukken of bij afzonderlijke onderwerpen, zoals bouw- en hinderwetvergunningen.