Archieven

 

Uw zoekacties: Archief van de gerechtsbank van de hoge heerlijkheid, vanaf ...

2109 Archief van de gerechtsbank van de hoge heerlijkheid, vanaf 1516 baronie van Acquoy, 1588 - 1811

Uitleg bij archieftoegang

Een archieftoegang geeft uitgebreide informatie over een bepaald archief.

Een archieftoegang bestaat over het algemeen uit de navolgende onderdelen:

• Kenmerken van het archief
• Inleiding op het archief
• Inventaris of plaatsingslijst
• Eventueel bijlagen

De kenmerken van het archief zijn o.m. de omvang, vindplaats, beschikbaarheid, openbaarheid en andere.

De inleiding op het archief bevat interessante informatie over de geschiedenis van het archief, achtergronden van de archiefvormer en kan ook aanwijzingen voor het gebruik bevatten.

De inventaris of plaatsingslijst is een hiërarchisch opgebouwd overzicht van beschreven archiefstukken. De beschrijvingen zijn formeel en globaal. Het lezen en begrijpen van een inventaris behoeft enige oefening en ervaring.

Bij het zoeken in de inventaris wordt de hiërarchie gevolgd. De rubrieken in de inventaris maken deel uit van de beschrijving op een lager niveau. Komt de zoekterm in een hoger niveau voor, dan voldoen onderliggende niveaus ook aan de zoekvraag.

beacon
 
 
Inleiding
2. Context
2.2. Institutionele geschiedenis
2109 Archief van de gerechtsbank van de hoge heerlijkheid, vanaf 1516 baronie van Acquoy, 1588 - 1811
Inleiding
2. Context
2.2.
Institutionele geschiedenis
In 1305 wordt Acquoy genoemd als leen van de heren van Voorne, later werd het een leen van de grafelijkheid Holland. In de 14e eeuw kwam het aan het geslacht Van Arkel. Tot de Bataafs-Franse tijd maakte Acquoy geen onderdeel uit van het gewest Gelderland. Het was een onafhankelijk staatje, dat niet in de generaliteitslasten deelde en niet onderworpen was aan het gezag van het Hof van Gelre en Zutphen. De heerlijkheid had vanaf 1513, toen het door Floris van Egmont, graaf van Buren, gekocht werd dezelfde heer als het graafschap Leerdam, waarmee het administratief een geheel vormde. Tot de heerlijkheid hoorde zowel de lage als de hoge jurisdictie. In 1516 werd Acquoy verheven tot baronie.

Willem van Oranje kwam door zijn huwelijk met de kleindochter van Floris, Anna van Egmond, in 1551 in het bezit van Acquoy en Leerdam. De Oranjes lieten hun bezittingen, dus ook Acquoy, besturen door de Nassause Domeinraad, die zetelde in Den Haag. Deze raad stelde de belastingen vast, vaardigde verordeningen uit en benoemde bestuurders en ambtenaren en fungeerde ook als hoogste rechtscollege in appèl.

Het drostambten en het rentmeestersambt van Acquoy werd gemeenschappelijk met Leerdam gevoerd. Acquoy had een eigen schout en alle andere ambtenaren werden afzonderlijk benoemd. De landsheer werd er dus vertegenwoordigd door de te Leerdam zetelende drossaard (drost). Acquoy koos zelf een schout en een aantal schepenen (meestal 7), die rechtspraken in de plaatselijke schepenbank. De drossaard was tevens dijkgraaf. De schout was tevens secretaris, bode, schoolmeester en belastinginner.

Op 14 juli 1699 heeft prins Willem III het slot en de heerlijkheid Acquoy aan Joost van Keppel, graaf van Albemarle bij schenking bij leven gegeven. Na het overlijden van Van Keppel in 1718 viel de heerlijkheid weer terug aan de leenheer.
Op 9 maart 1795 werd Acquoy, onder protest door de inwoners, door de Provisionele Representanten van het volk van Holland bij Holland ingelijfd, tegelijk met Leerdam. In 1811 werd het samengevoegd met het vroegere ambt Beesd en Rhenoy tot de gemeente Beesd. Beesd en Rhenoy gingen in 1814 over van Zuid-Holland naar Gelderland, Acquoy pas in 1820. Op 1 januari 1978 werd de gemeente Beesd opgeheven en bij de gemeente Geldermalsen gevoegd. Vanaf 1 januari 2019 maakt Acquoy deel uit van de gemeente West Betuwe. Het is officieel nog steeds een baronie en een van de titels van de huidige koning Willem-Alexander is dan ook baron van Acquoy. Het dorp telde in 2019 549 inwoners.

Kenmerken

Verversingsgraad:
onregelmatig
Taal:
Nederlands
Openbaarheid:
Onbeperkt
Omvang in meters:
2,25
Opmerkingen:
Archieven van plaatselijke en regionale gerechtsbanken van voor 1811 worden ook (oud) rechterlijke archieven (ORA) genoemd. De rechtsprekende instelling wordt ook schepenbank, gerichtsbank of vierschaar genoemd.
Geografische namen: